duidelijk-icoon
< Back to articles

Hoe banken klimaat- en milieurisico's (C&E) in hun vastgoedportefeuille op afstand kunnen beheren

10 mei 2022

De gevolgen van de klimaatcrisis worden elk jaar zichtbaarder. Extreem weer veroorzaakt ongekende schade aan huisvesting en infrastructuur. Dit stelt ook de bancaire wereld voor serieuze risico's. Risico's in verband met de klimaatcrisis zullen naar verwachting de wereldeconomie tegen 2050 tot 23 biljoen dollar kosten, en zullen een onevenredig grote impact hebben op kwetsbare gemeenschappen.

De klimaatcrisis vormt een belangrijke bron van systeemrisico, met name voor banken met portefeuilles die geconcentreerd zijn in bepaalde economische sectoren en, belangrijker nog, in specifieke geografische gebieden. Daarom nemen EU- en nationale overheden steeds meer maatregelen om ‘net zero’ te bereiken en dit risico te verkleinen. Het GFANZ-initiatief (Glasgow Financial Alliance for Net Zero) erkent dat alle bedrijven, inclusief banken, hun bedrijfsmodellen moeten aanpassen en geloofwaardige transitieplannen moeten ontwikkelen en implementeren om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graad Celsius. De meest kwetsbare organisaties zijn bedrijven met een lange horizon en die worden blootgesteld aan de gevolgen van weersextremen, zoals verzekeringsmaatschappijen en banken.

De ECB (Europese Centrale Bank) verwacht dat banken uiteindelijk C&E (Climate-related and Environmental) risico's beheren op dezelfde manier als elk ander materieel risico waarmee ze worden geconfronteerd. Daarom heeft de ECB C&E opgenomen in de toezichtsprioriteiten van het ‘Banking Supervision’s supervisory priorities for 2022-24’. In dit kader heeft de Europese Commissie een voorstel gedaan voor een wettelijk bindende verplichting voor banken om hun transitieplannen te ontwikkelen, uit te voeren en openbaar te maken.

Kortom, vanuit het oogpunt van risicobeperking op de lange termijn en naleving van regelgeving op korte termijn, wordt van banken verwacht dat ze daadwerkelijk concreet tot actie overgaan betreft C&E. Deze verwachting is onderdeel van het grotere ESG (Environmental, Social and Governance) beleid van de Europese Commissie. Afgelopen jaar kondigde de ECB aan dat ze in het tweede kwartaal van 2022 een stresstest zouden uitvoeren om "kwetsbaarheden, best practices en uitdagingen waarmee banken worden geconfronteerd bij het beheer van klimaatgerelateerde risico's, te identificeren". De resultaten worden in juli verwacht. Uit evaluaties van de afgelopen jaren bleek echter dat de meeste Europese banken niet voldoende voorbereid zijn. Of ze de stresstest van de ECB zullen doorstaan, is nog een vraag. Hoe kunnen banken deze C&E-risico's het beste beheersen, met name op hun vastgoedportefeuille? Welke gegevens hebben ze nodig en waar kunnen ze die vinden?

Hoe zijn banken blootgesteld aan C&E-risico?

Zogenaamde ‘physical’ en ‘transition’ risico’s, veroorzaakt door de klimaatcrisis en aantasting van het milieu, beïnvloeden de balans van banken. Physical risico’s gaan over de economische impact die voortvloeit uit de verwachte toename van de frequentie en omvang van natuurrampen.

Transition risico’s gaan over de negatieve effecten die sturend beleid op klimaatdoelen kunnen hebben op vervuilende industrieën. Industrieën die sterk afhankelijk zijn van niet-hernieuwbare of sterk vervuilende hulpbronnen, zoals mijnbouw of fossiele brandstoffen, kunnen bijvoorbeeld te maken krijgen met een scherpe daling van de winst en hogere productiekosten.

Transition en physical risico's zijn dus twee kanten van dezelfde medaille: meer beleid kan de impact van transitierisico's vergroten, maar tegelijkertijd fysieke risico's in latere decennia verminderen.

In het tweede kwartaal van 2022 zal de ECB een stresstest van het banksysteem uitvoeren, waarbij wordt onderzocht hoe de liquiditeit en het kapitaal van banken zouden worden beïnvloed onder een aantal ernstige – maar plausibele – scenario's van mogelijke toekomstige gebeurtenissen.

Een voorbeeld van fysiek risico in kaart gebracht: huizen uit een vastgoedportefeuille gecombineerd met gegevens over overstromingsrisico in 2050 in Nederland

Klimaat- en milieurisico's in vastgoed

Banken zullen voor hun vastgoedportefeuilles onder meer gevraagd worden informatie te verstrekken over de energie-efficiëntie van het onderliggende vastgoedonderpand, inclusief de verdeling van het onderpand per EPC-label en energieverbruik.

De ECB heeft gekeken of instellingen al informatie vrijgeven over EPC's voor hun gefinancierde vastgoedportefeuilles, wat een belangrijke indicator kan zijn voor blootstelling aan transition risico’s. Meer dan 80% van de instellingen doet dat niet. Sommige instellingen (ongeveer 4%) maken EPC's alleen bekend voor hun woningportefeuilles en andere (ongeveer 3%) alleen voor hun commerciële portefeuilles. Minder dan een op de tien instellingen maakt dergelijke informatie openbaar voor zowel hun woning- als bedrijfsvastgoedportefeuille.

Deze resultaten moeten worden opgenomen in leen- en monitoringpraktijken van banken. Daarnaast wordt van banken verwacht dat ze de risico's van hun vastgoedactiva in eigendom verminderen. Welke activa zijn gevoelig voor physical risico? Welke maatregelen kunnen nú worden genomen om deze mogelijke risico in de toekomst te mitigeren en wat betekent dat voor het transitional risico (ook wel de kosten van het 'toekomstbestendig maken' van het vastgoed)?

De gaten in de benodigde data voor C&E risicobeoordeling opvullen

Hoewel banken C&E risico's zijn gaan opnemen in de risico-inventarisatie, heeft slechts een handvol belangrijke risico-indicatoren of concrete risicolimieten vastgesteld. Dit betekent dat banken op dit moment C&E risico's niet goed kunnen beheersen.

Hoewel bijna de helft van de banken C&E risico's heeft geïntegreerd in hun kredietverleningsbeleid en cliëntonderzoek, ontbreekt het de meeste nog steeds aan een degelijke risicoclassificatiestructuur of een raamwerk voor de prijsstelling van leningen voor C&E risico's. Met andere woorden, deze banken zijn over het algemeen nog niet in staat om C&E risico's te identificeren, beheersen en monitoren.

Operationeel risicobeheer, liquiditeitsrisicobeheer, rapportage en ontsluiting vergen het meeste werk. Slechts ca. twee vijfde van de banken heeft plannen ontwikkeld die op deze gebieden (grotendeels) voldoende zijn. Toch komt een beoordeling van aansprakelijkheids- en/of procesrisico's als gevolg van C&E-factoren vaak niet aan bod.

Een enorme belemmering voor banken om vooruitgang te boeken op het gebied van C&E-compliance, is hun gebrek aan data. Toch verwacht de ECB bij een gebrek aan nauwkeurige of volledige data dat banken op zijn minst hun databehoeften voor een gedegen risicobeheer beoordelen en bepalen hoe huidige en toekomstige data-gaten zullen worden opgevuld. Tot nu toe hebben slechts enkele banken geïnventariseerd welke data ze nodig hebben om C&E risico’s in kaart te kunnen brengen.

Daarom benadrukt de ECB dat kleine stappen noodzakelijk zijn wanneer er data of methodologische gaten bestaan. Banken kunnen o.a. kwalitatieve metrics gebruiken, proxy's ontwikkelen met de beschikbare databronnen en hun strategieën daarbij aanpassen om hun weerbaarheid tegen C&E-risico's te vergroten.

Welke data zijn precies nodig om C&E risico’s in vastgoed te kunnen beoordelen?

Er zijn nog geen definitieve kaders opgesteld door de ECB waarbinnen C&E risico bepaald moet worden, maar we krijgen een steeds beter beeld van wat er nodig is, vooral sinds de ECB in januari 2022 haar stresstest lanceerde. In deze stresstest formuleerde de ECB 3 modules waarin o.a. het stresstestkader voor klimaatrisico's in kaart moet worden gebracht, een evaluatie wordt uitgevoerd in hoeverre de bank is gelinkt aan vervuilende industrieën en waarin specifiek wordt gekeken naar transition en physical risico’s.

Energielabels & locatiegegevens

Ten eerste wil de ECB in haar kwalitatieve vragenlijst inzicht krijgen in relevante drivers voor de kwantificering van klimaatrisico’s. Voor vastgoed gaat het onder meer om energielabels en locatiegegevens. Dit vormt echter een probleem voor de meeste grote vastgoedportefeuilles. Energielabelgegevens worden vaak aangeleverd in statische pdf's, waarna het aggregeren van de gegevens en het omzetten hiervan naar inzichten over een grote vastgoedportefeuille moeilijk blijkt.

Een andere uitdaging is het ordenen van de locatiegegevens van een vastgoedportefeuille. Waar bevinden de woningen zich? Zijn dit risicogebieden voor bepaalde klimaatgerelateerde gebeurtenissen? Het is niet alleen een uitdaging om deze gegevens te verzamelen, maar ook om ze te visualiseren.

Om een goed overzicht te hebben van energielabels en locatierisico's is een digitaal vastgoeddata managementsysteem onmisbaar. Een systeem waarin het mogelijk is om in te zoomen op specifieke gebouwen om hun risico in te schatten, maar ook om uit te zoomen om grootschalige analyses te maken op C&E risico.

Overstromingen, hitte en droogte

Wat betreft transitie en fysiek risico, beperkt de ECB haar stresstest voorlopig tot twee klimaatrisico's die van groot belang zijn: ernstige overstromingen en extreme droogte/hittegolf. Hierbij wordt vooral gericht op de directe impact van fysiek risico op krediet. Eventuele secundaire effecten, zoals omzetverlies door verzekeraars, wegen vooralsnog niet mee in de fysieke risicobeoordeling.

Ernstige overstromingen kunnen aanzienlijke schade toebrengen aan vastgoed in getroffen gebieden. Dit zal hoogstwaarschijnlijk leiden tot een ernstige devaluatie van het vastgoed. Daarnaast kan het pand op langere termijn waarde verliezen door een verhoogde risico op meer overstromingen. Tot slot legt het herstellen van schade extra druk op de financiële draagkracht van de kredietnemer, wat leidt tot meer achterstallige betalingen. Van banken wordt verwacht dat zij dit risico in kaart brengen, op basis van de localisering van hun vastgoedportefeuille in kwetsbare gebieden.

Voor hitte en droogte is kredietrisico een belangrijke risicofactor. Waar de kans op langdurige droogte groot is, kunnen verschillende sectoren, zoals landbouw, zware industrie en de bouw, worden getroffen. Welke bedrijven zijn gevestigd in kwetsbare gebieden voor hitte en droogte? Het in kaart brengen van deze data is vaak een grote uitdaging voor banken.

Een overzicht van de verwachte droogteproblemen in Nederland in 2050

That’s where Spotr comes in: 2 miljoen besparing per jaar

Spotr is een AI platform voor vastgoeddata, dat helpt met inzichten genereren in jouw grootste vastgoeduitdagingen. Spotr analyseert een enorme, actuele beelddatabase, waarin gegevens over jouw hele vastgoedportefeuille uit verschillende bronnen worden verzameld, met computer vision.

Met Spotr kunnen banken de datagaten opvullen waarmee ze tot nu toe hebben geworsteld, om risico's binnen hun vastgoedportefeuille te beperken. Spotr biedt data voor zowel de physical als transitional risico’s. Bij transitierisico's biedt Spotr data over ECP/energielabels, kwetsbare bouwelementen en mogelijkheden voor verduurzaming, zoals de mogelijkheid om zonnepanelen te plaatsen.

Bij fysieke risico’s werkt Spotr met kaartlagen zoals overstromingsrisico, funderingsrisico's en hittestressrisico’s die over de hele vastgoedportefeuille kunnen worden geplaatst. Hiermee kunnen banken snel een overzicht genereren van risicogebieden in hun vastgoedportefeuille.

Dit alles ook nog volledig digitaal, met behulp van onze visuele databases en beeldherkenning. Door geen gebruik te maken van fysieke inspecties om de benodigde data te verzamelen, schatten we dat banken 2fte per 50.000 huizen kunnen besparen tegen een jaarlijkse kostprijs van 100.000 euro. Dit leidt al snel tot een besparing van 2 miljoen euro per jaar voor een vastgoedportefeuille van 1 miljoen huizen, terwijl tegelijkertijd nauwkeurige gegevens worden verzameld die nodig zijn voor o.a. de C&E risicorapporten van de ECB.

Ter bonus: een versnelde due diligence

Het gebruik van Spotr kan ook direct worden uitbreiden naar andere afdelingen. Een voorbeeld hiervan is due diligence tijdens een investeringsproces te versnellen. Met Spotr kunnen banken hun DD proces sneller afronden dan de concurrentie (binnen 2 weken in plaats van 6), terwijl gemakkelijk rekening gehouden kan worden met het C&E risico van een investering.

De kosten voor het inhuren van externe onderhoudsexperts variëren van 200 euro tot 600 euro per woning, terwijl Spotr deze service kan leveren tussen 15 en 100 euro. Dit bespaart veel geld en tijd per woning, leidt tot een veel sneller due diligence proces en er wordt tegelijkertijd gemakkelijk rekening gehouden met C&E risico's, waardoor het eenvoudiger wordt om te voldoen aan de ECB regelgeving.

Meer weten over het gebruik van Spotr voor C&E risicobeoordeling

We vertellen je er graag meer over. Plan hier een gespek met Dirk Huibers: